Eindhoven. Not for Sale.

Eindhoven. Not for Sale.

Soms gaat iedereen er op een debatavond vol in! Dit was zo’n avond.
De setting: Tegenlicht-040-meetup ‘City for Sale’ van de VPRO.

De kwaliteit van de sprekers, Marleentje Weismann, Alwin Beernink en Cees-Jan Pen, en van het publiek maakte het voor mij als moderator mogelijk om de avond scherp, dynamisch en urgent te maken. De thema’s waren gentrification, druk op de woningmarkt en de schaal van de stad. Met als kernvraag: Van wie is de stad? En in dit geval: van wie is Eindhoven?
City for Sale? Dat gaat in Eindhoven toch niet gebeuren?

Iedereen deelde het beeld van Tegenlicht: de ideale stad is een stad met een bonte mix van mensen, een diverse groep, een plek waar ruimte is voor iedereen. In Amsterdam ontstaat een monocultuur als gevolg van de enorme marktdruk. Waar het tv-programma een sfeer van grootheids-denken en sociale verslagenheid achterliet, was de Eindhovense zaal veel constructiever. De dromen van een ideale stad en de werkelijkheid van een enorme marktdruk kunnen bij elkaar worden gebracht.

Vijf inzichten die ik deze avond heb verzameld om dit tegen te gaan.

1 Andere spelregels bij (her)ontwikkelingen
We werken al jaren met maar 1 spelregel: wat is de verhouding tussen goedkope huur, (middel)dure huur en koopwoningen. Dit is mooi, maar lang niet alles. Je kunt op allerlei manier spelregels definiëren die meer belangen dienen. Je kunt iets zeggen over functie en grootte van de openbare buitenruimte, publiek gebruik binnenruimte, levendige begane grond, groen, plek voor kinderen, noem maar op. Maak met deze spelregels geen heilige formule voor de hele stad, maar juist een manier om verschillen te benoemen.

2 Communicatie
De communicatie bij nieuwe ontwikkelingen kan en moet veel zorgvuldiger. Ga in gesprek, samen met betrokkenen over toekomst. Neem iedereen, huidige bewoners, gebruikers én plannenmakers mee. Vertel elkaar verhalen, maak samen één verhaal. Leg de wensen en ideeën op tafel en kijk naar de gemeenschappelijke meerwaarde. Er zijn plekken waar dit goed gaat, maar het gaat heel vaak ook nog erg mis.

3 Creatieve sector
Er is veel zorg over de betaalbaarheid van woningen, maar zeker ook over voldoende betaalbare ateliers. Juist de creatieve sector moet gezond blijven. Ruimte voor continue aanwas van creativiteit is van belang van voor een gezonde stad. Zij zorgen voor de nieuwe onderwerpen, nieuwe inzichten, nieuwe woon-, werk- en leefvormen.
Er gaat weinig geld om in deze sector. Dus moet er financieel rekening gehouden worden om vrije ruimte voldoende vrij te houden. Behoud en versterk de broedplaatsen in de stad. En durf ook op andere plekken in de stad keuzes te maken die niet alleen over directe winst gaan: neem bijvoorbeeld in de onderhandeling met beleggers mee dat naast de supermarkt permanent ruimte wordt gemaakt voor een creatieve popup-store, met een veel lager huurbedrag.

4 Regionale samenwerking
Bewoners denken niet in gemeentegrenzen. Maar wel in reistijd. En in woonmilieus. Er is veel meer ruimte voor differentiatie in de stad, als we de stad definiëren als regio en mits we de ov- en fietsverbindingen veel beter maken. Dag en nacht. Op die manier kun je veel meer mensen zich thuis laten voelen, en gebruik laten maken van de diversiteit aan faciliteiten in die de regio biedt, inclusief de stedelijke kern. Je kunt en moet de verschillen laten bestaan én de verbindingen verder uitwerken.

5 Wat voor stad wil je zijn?
Als laatste, terug naar de kernvraag: van wie is de stad? En dus: wat voor stad wil je zijn? Een lange termijnperspectief. Een consistent verhaal. Het lijkt zo eenvoudig, maar dat is het niet. Wil je een werkstad zijn? Een studentenstad? Een dynamische stad? Een complete stad? Een internationale stad? Een winkelstad?
Waar ligt de focus van de ideale stad Eindhoven? Als je dit scherp hebt, dan heb je de basis van de agenda voor de kwalitatieve aanpak. De kwantitatieve aanpak komt daar uit voort.

Eindhoven. Not for Sale.